Mijn broer. Daan Eduard Harmsen.
Dit ben jij, voor mij, wapenbroeder. Zowel het uitzoeken, leren en verdedigen van onze identiteit, wie we zijn.
Wij zijn Harmsens, familie, broers, zonen van Jenneke en ooms. We leven met een gedwongen afstand, die ons beiden frustreert, wat breuken veroorzaakt door ongedeelde ervaringen en onbegrip. Nu, in deze afgelopen week van reflectie, ben ik in staat om, door lange gesprekken met degenen die je liefhad, te zien hoe al die afstand slechts een façade was, een luchtspiegeling van perceptie. Een bedrog, bedacht door de duivel.
Hoe overbodig was al die frustratie eigenlijk. Hoe vals, tijd en afstand kunnen als excuus worden gebruikt. Het was de gemakkelijke uitweg, en Daan, het spijt me. We verbinden ons altijd in de erkenning van hoe verdomd vergelijkbaar we zijn (we houden van elkaar), en toch hoe onze omgeving en omstandigheden ons ertoe hebben gebracht ons zo anders aan te passen (weet je nog hoeveel pijn en plezier dat ons doet?). Toch laten we in al dat bewustzijn allebei zien hoe veerkrachtig we zijn om van Harmsen te blijven. Hoe door onrust onze harten alleen maar groter worden. En we realiseren ons hoe de wereld zich geen plek kon veroorloven, met ons drieën samen. Wij zijn avonturiers, veroveraars, brekers en bouwers - trouw tot het laatst.
Je maakt het man, je doet het, en je maakt ons voor altijd trots. Om nooit te vergeten, altijd daar om ons te leiden en ons eraan te herinneren wie we zijn. Harmsens voor altijd, en voor altijd beter.
Hoewel er mensen zijn die fysiek aanwezig zijn, zullen wij, de Harmsens, voor altijd uw dragers zijn, uw loyale fakkeldragers door de sluier van onzekerheid van elke naderende morgen.
Terwijl we met verwondering kijken hoe jouw licht eeuwig schijnt. Mijn lieve broer. Daan.